Databronnen van verschillende organisaties, bijvoorbeeld in de culturele sector, kunnen met elkaar communiceren om te zorgen dat de eindgebruiker gemakkelijk over volledige informatie kan beschikken. Dat blijkt uit het promotie-onderzoek van Michiel Hildebrand, medewerker van het Centrum Wiskunde & Informatica (CWI) in Amsterdam.
Culturele organisaties publiceren onafhankelijk van elkaar informatie over hun collecties op internet. Met huidige zoekmethoden ontbreekt daartussen de samenhang, met veel handmatig zoekwerk als gevolg. Hildebrand onderzocht hoe informatie uit verschillende databronnen van ons cultureel erfgoed in samenhang toegankelijk kan worden gemaakt. De resultaten van zijn onderzoek kunnen ook worden gebruikt in de muziekindustrie en bij nieuwsagentschappen, aldus het
CWI.
Een grote uitdaging in het gebruik van deze databronnen is de heterogeniteit. Niet alleen gaat het om een grote diversiteit in databronnen, maar ook om de manier waarop ze beschreven zijn. Zo is er over het impressionisme uiteenlopende informatie beschikbaar over schilders, werken, specifieke materialen, technieken, gebeurtenissen en plaatsen. Daarnaast besteden organisaties op verschillende manieren aandacht aan bijvoorbeeld een bekende impressionistische schilder als Monet.
Hildebrand ontwikkelde vanuit het perspectief van de eindgebruiker verschillende soorten zoek-functionaliteit en presentatiemethoden die om kunnen gaan met heterogene informatie. Hij werkte daarbij samen met experts uit het cultureel erfgoed domein en gebruikte technologie van het Semantisch Web. In zijn onderzoek stonden drie vragen centraal: Welke data zijn beschikbaar en in wat voor relatie staan ze tot elkaar? Welke algoritmes beschikken over de flexibiliteit om te zoeken in heterogene bronnen? Welke presentatiemethoden zijn geschikt om eindgebruikers te ondersteunen in het zoekproces? Het is de eerste keer dat onderzoek op dit gebied al deze aspecten omvat en uitgaat van zowel data als algoritmes en interactie met de eindgebruiker.